This is Singapore
paddestoelen
Dit was Singapore
offset by prison industries changi prison singapore
‘t is, zo denk ik dan, wellicht een piece unique geworden
de overheid heeft getracht om alle long hair affiches te vernietigen
uit schaamte wellicht
maar in de vroege jaren zeventig
waren ze even doordeweeks als de no smoking posters nu
nu hangt dat ene overgebleven exemplaar aan onze muur
met dank aan een man die ik niet ken en die het lef had om
dit kunstwerk, vervaardigd door een anonieme prisoner,
destijds weg te graaien in een postkantoor
De koffiemadame
op zonnige dagen als vandaag
wandel ik graag door de straten van Little India,
langs de thiefmarket en voorbij de geurige foodstalls
om een kilo koffie te halen bij mevrouw Lee Khong Lam
ze heeft vele soorten en evenveel aroma’s
en haar beste komt uit colombia
geen koffie waar uw haar recht van gaat staan
eerder smooth
en niet te bitter
de branderij van mevrouw Lee Khong Lam is populair
en soms moet je wel een kwartier wachten
vooraleer ze tijd heeft om jouw koffie te malen
maar er staan stoelen, gele plastic stoelen
en als je daar dan even op gaat zitten wachten
temidden die heerlijke koffiegeur
en ziet hoe elegant haar werkers de vloeren dweilen
terwijl zij weegt, maalt en verpakt
dan heb je een mooie filmscene gezien
en dan heb je spijt dat het -eindelijk- jouw beurt is
Update: Lee Khong Lam Trading, bevond zich die bewuste 11 september 2010 nog in hetVictoria Street Wholesale Centre, 321 Victoria Street #01-02, Singapore – ondertussen is de meest gezellige koffie madame verdwenen – zij en haar koffie moesten plaats ruimen voor alweer een nieuw gebouw die de stad nog moet “verproperen”
Vesak Day
Ik wou niet sad zijn op de huwelijksdag van wallstreetbroertje.
Daarvoor was de dag te schoon
Toch ietwat snikkend, toen ik hem door de telefoon zei hoe jammer ik het vond.
“En ik dan. Gij zoudt het hier wijs vinden”, zei hij.
“Is uw kostuum al gestreken?”
“Ja, dat wel. Al zoeken we nog een oplossing voor mijn hemd. Helemaal naar de vanen doordat het ijzer vuil was.”
Herkenbaar.
“Je hebt een speciale dag uitgekozen broer, vandaag trouwt ook Helmut Lotti.”
“Ah ja? Trouwt die nu alweer?”
“Maar vooral. Het is vesak day.”
“Watte?”
“Boeddhadag. Herdenking van zijn geboorte, verlichting en doodsdag.”
Vol verwondering struinde ik door de tempels in onze achterstraat, terwijl broertje een proper hemd zocht, misschien wel nog een kort slaapje deed.
Mijn triestigheid ebde weg en er kwam verwondering.
Er kwam – ja, alweer, een heftige injectie instant geluk.
Mooi
bij momenten grappig
intens ook wel
het leek hier en daar zelfs op een lekker ouderwetse fancy fair
Nooit gedacht dat ik zo broertje’s trouw zou vieren
en ook niet dat ik straks m’n voeten ga wassen met het zakje vol heilig water en bloemenblaadjes dat in m’n handen werd gestopt toen ik de tempel uitwandelde.
Maar wel gedacht dat het toch wel saai is.
De beleving van het katholiek geloof.
Met uitzondering van de suffe levende kerststallen in kille kerken waar ge moet zwijgen is er bitter weinig animo.
Of heeft u al eens aan een rad gedraaid in de kerk?
Floating bij mister Tan
Ik wist niet dat ze nog bestonden in Singapore, kelongrestaurants waar je met de boot naartoe vaart. Mister Tan woont met zijn familie op zo een houten platform temidden het water en hij serveert er alle heerlijkheid uit zee. Vrienden hadden ons gisterenavond uitgenodigd naar dit goed bewaard geheim, dat drijvende platform vol tempels, een blaffende hond, een ronkende generator en servies in plastic.
De vrienden hadden de plek ontdekt dankzij een Chinese wijnliefhebber die zich graag naar daar laat varen met een paar uitmuntende flessen onder de arm.
Die Chinees is een sjieke meneer die het niet beneden zijn stand vindt om uit oranje plastic te eten. De juiste wijnglazen neemt hij zelf wel mee.
Het zag er allemaal nogal groezelig uit, aftands versleten en met witte wapperende was die grijs uitsloeg. In de donkere verte zag je Singapore, duizenden lichtjes en af en toe ook een voorbij varende tankerboot. Als er zo’n gevaarte passeerde gingen de golven hoog op en heel diep neer en dan was het precies of je zat op een kermisattractie.
Toen ik tijdens een sigaretje aan de rand van het platform dolenthousiast was over de plek en het eten, zei de wijnchinees dat hij graag naar deze plek komt uit nostalgie. Omdat hij als kind niet beter wist dan eten op het water. De Singaporese wateren lagen destijds vol. Nu is de “Fresh live seafood”-plek van mister Tan een unicum dat niet in de restaurantgidsen staat.
De kelong van mister Tan is het meest romantische eethuis met het beste uit zee, vol zorg en liefde klaargemaakt door echte zeemensen.
En wat we ons gisteren allemaal afvroegen was hoelang dit sprookje nog zal duren.
De plek, de eigenaars en de setting waren te filmisch om waar te zijn.
Dus daarom: hou het een beetje stil. Een boot vol Duitsers en het is om zeep.
Gisterenochtend zijn we heel vroeg opgestaan, het was nog donker en de koloniaal zat al van 5 uur op het terras, kijkend naar de nachtlucht, voelend aan de wind – die er gelukkig niet was. Toen de zon opkwam zijn we op ons brommertje gesprongen en met de opgeblazen ballon boven ons hoofd zwevend, reden we naar Marina Bay. Daar staat sinds kort Singapore’s nieuwste trots. Marina Bay Sands. Gigantisch. De constructie is een entertainmenttempel zeg maar, met hotel, casino, shops, restaurants en discotheken.
Wat wel vreemd is: de Singaporezen moeten honderd dollar entree betalen voor het casino, maar expats en toeristen mogen gratis binnen.
Een gezondheidsmaatregel om gokverslaving bij de Singaporese bevolking tegen te gaan. Dat wij ons eventueel de verdoemenis ingokken is no problem, we spijzen immers de staatskas …
Tot voor kort waren casino’s hier verboden. En nu zijn er opeens twee. Het andere bevindt zich op Sentosa, het kunstmatige vertiereiland alwaar je met uw achterste op een aangelegd strand kunt gaan liggen en alwaar het duurste huis van ‘t stad staat (met aanlegplaats voor een jacht in de achtertuin). Wat ze daar hebben neergeplant qua casino is zonder twijfel het lelijkste gebouwencomplex dat ik ooit gezien heb. U zal er hier dus geen luchtfoto van zien.
Tot voor kort moesten Singaporezen die roulette wilden spelen naar Macau, of: de zee op. Want de zee is niemandsland en de gokboten waren heel populair. Nu is de boot aan wal gekomen en balanceert hij op een kaartenhuis. Mooi is dat.
En wat nog mooier is: de koloniaal vertelde me dat het echt voelt als vliegen, als hij vanop de grond naar zijn scherm kijkt, de camera bestuurt die naast de torens blijft zweven. Hij is een vliegeraar. De beste.
toen ik ze zo zag staan van bovenaf
wou ik ze u tonen,
al die pronkerige bloemstukken
ter ere van de zingende-meisjes-bar
ze hebben iets van begrafenisboeketten
maar binnen was er dan toch geen koffietafel
Balloneren
punggol,
een uithoek van singapore waar men een 5 km lange promenade heeft aangelegd
is toch wel een bijzonder stukje singapore,
zonder huizen en shoppingmalls
en als je over het water kijkt, zie je Malaysia,
er varen grootse schepen,
ouders laten er hun kinderen of honden uit
en soms wordt de rust verstoort
door gierende straaljagers die oorlogje spelen.
Kartonnen madammen
ook zij
vinden het
heel plezant
in singapore
Bukit Brown Cemetery
gisteren hebben we onze ballon op verzoek uitgelaten
boven “de bruine berg begraafplaats”
die er eigenlijk bijzonder groen uitziet
toen ik daar de eerste keer kwam, was ik meteen betoverd
een oase van rust in het singapore
waar het tegenwoordig ver zoeken is naar een plek
zonder het kloppende en borende gezinder van construction works
er wonen aapjes en king fishers
je zier er dartelende vlinders
en er staat een collectie stokoude bomen om u tegen te zeggen
’s morgens vroeg loop je er tussen de ochtendnevel
en kan je er slalommen tusen de neervallende zonnestralen
nu de plaats – met dank aan zijn bedreigde staat – meer en meer beroemd wordt
zie je er ook sjieke expatdames poedels uitlaten,
bankers komen er fietsen of joggen voor ze het geld achterna lopen
en de oude uncle’s genieten er van de rust.
de stilte. de vogeltjes en aapjesmuziek.
en er zijn natuurlijk ook nog de graven,
antieke graven daterend uit begin negentienhonderd,
herontdekte graven waarvan niemand nog wist dat ze bestonden
het oerwoud had ze met der tijd verborgen onder al haar groen
zo ook van het immense graf van meneer Ong Sam Leong
helaas zal deze sprookjesachtige plek niet lang meer bestaan
minstens 5000 graven moeten plaats ruimen voor alweer een nieuwe snelweg
en voor nog meer condominiums
meneer Ong Sam Leong mag dan wel blijven,
daar hoog op zijn berg
maar er zullen een pak minder vogels voor hem zingen
lang leve de vooruitgang.
The hungry ghosts are back in Town
Deze maand vieren de Chinezen Allerzielen, of toch iets dat er op lijkt. Ze herdenken in ieder geval de doden en dat doen ze hier niet door een pot chrysanten op een grafzerk te plaatsen. Neen, deze maand komen de doden bij hun nabestaanden op bezoek. En ze zijn welkom want er worden heerlijke maaltijden voor hen klaar gezet. Een beetje zoals de wortel en het klontje suiker voor het paard van Sinterklaas. En wat men nog doet om de doden te behagen is geld verbranden. Enfin, vals geld althans, ge kunt dat hier in de winkel kopen per kilogram. Meer zelfs, ook papieren televisies, kostuums, fietsen, flessen gin, sigaretten, parfum, snoepgoed en zomerjurkjes gaan hier dezer dagen in snel tempo in rook op. Allemaal voor de doden. Zelfs huizen! Men gelooft dat die nepgoederen zo in die andere wereld komen en pardoes veranderen in de echte versies. Hocus Pocus Pats. Ze mogen zich daar ook al eens zat drinken in het hiernamaals, nietwaar. En de Olympische Spelen volgen op den teevee en een nieuw jurkje aantrekken of een fietstochtje maken naar een dode in een ander dorp. Om nog te zwijgen over de geneugten van een echte sigaret! Men doet hier werkelijk alles om de doden een comfortabele rust te bieden, maar ook wel uit eigen belang want al die offers zouden geluk en voorspoed brengen.
Er zijn trouwens Chinezen die ervan overtuigd zijn dat de doden, nu de poorten van de hel openstaan, van de gelegenheid gebruik maken om zich te wreken op zij die hen tijdens hun voorbije leven onrecht hebben gedaan en niet alle Hungry Ghosts zijn menslievend. Er zijn slechte geesten die kindertjes tot de verdrinkingsdood willen brengen en daarom zie je maar zelden een Chinees in het water tijdens de Month of the Hungry Ghosts. En de resorts in Bintan zijn Chineesvrij deze maand! Want reizen wordt ook afgeraden, zeker met het vliegtuig, net als trouwen, een nieuwe zaak starten of verhuizen. Voor de niet gelovigen een goedkope reismaand dus want de ticketprijzen duikelen de diepte in. Zelfs de shopping malls zien hun omzet dalen tijdens deze periode. Kinderen mogen trouwens ook niet in de donkerte de straat op want er zijn geesten met ontvoerneigingen a la Dutroux. Heel griezelig allemaal. En ge moogt er niet mee lachen. Want het is bittere ernst. Schoon toch?
(september 2009)
Dimsummama
zij is de liefste restaurantvrouw van heel singapore
en haar dim sums zijn de lekkerste van de hele stad
als een moedereend waggelt ze naar onze tafel
om thee te schenken of noedels te knippen
sinds we swee choon tim sum hebben ontdekt
smullen we minstens 1 keer per week
aan de ronde tafels in de achtersteeg
tussen de beslipperde chinezen
en ver weg van het gekostumeerde singapore
en telkens weer
kijk ik al uit
naar de volgende keer
What i like about singapore
er vroeg een Indisch meisje
wat ik zo fijn vind aan Singapore
en na al dat gelees
over de hoofddoekheibel
in Belgenland
vond ik vooral dit heel mooi:
dat alle religies hier vreedzaam samenleven
met hoofddoeken
en tulbanden
met kale hoofden
of lange baarden
en het meisje,
die begreep niet goed
waarover ik het had
“what a strange thing to like about this city”, zei ze
“I’m from Belgium, that’s why.”