Instant geluk
Wil je hem even vasthouden, vroeg ze.
Natuurlijk wou ik dat. Alleen voel ik me altijd een beetje vreemd. Als ik zo een onbevlekte baby in m’n armen heb. Onwennig. Ik denk altijd dat je het aan me ziet, dat ik het niet echt kan. Omdat ik er geen ervaring mee heb. Met baby’s.
Doorgaans beginnen ze ook plotsklaps te huilen van zodra ze onder mijn hoede zijn. Dan voel ik me de verpersoonlijking van de boze sprookjesheks uit Hansje en Grietje. Of zoiets.
Maar met hem was het anders. Hij lag op m’n benen, z’n perfecte hoofdje op m’n knieën. Hij voelde zacht. Rook zoals alleen zij kunnen ruiken. Ik kreeg haast zin om als een nieuwsgierige hond aan hem te snuffelen.
Hij keek naar me.
En lachte.
Ziet hij me? Vroeg ik me af. Met baby’s weet je maar nooit, die worden half blind geboren. Maar hij grijnsde, echt, toen ik spontaan en speciaal voor hem m’n liefste smoel opzette.
Helemaal perfect zag hij eruit.
En hij lag zalig relaxed op de knieën van de boze heks.
Stel u voor.
Zonder gene begon hij tot mijn verbazing protjes te laten,
Zijn onbeschaamdheid deed me lachen
zelfs zijn verteerde maaltijd moest eruit waardoor m’n buik een beetje begon te trillen.
Zal ik hem overnemen. Verversen?
Maar hij stonk helemaal niet. Hij rook nog steeds vers.
Fris en onbevangen.
Zoals alleen zij dat kunnen.
Alleen.
Hij lachte niet meer.
En ik begreep dat.
Er zijn fijnere dingen dan drijven in een natte broek
op de knieën van een vikingvrouw
terwijl je moet vrolijk zijn
ter ere van haar portie instant geluk.
kan je je voorstellen hoe dat voelt met een eigen kind? 😉
Wauw: “ter ere van haar portie instant geluk.”
Was getekend
Mooi ja… vooral die laatste zin!