Le Dragon de Comodo
“Le Dragon de Comodo is de enige dinosaurus die nog leeft en daarom is hij mijn lievelingsdier. Wat is jouw lievelingsbeest?”
“Een varken.”
“Een varken? Een varken is toch niet gevaarlijk? De draak van Comodo eet mensen op! En de babydraakjes moeten als ze uit hun ei gekropen zijn snel een boom invluchten omdat ze anders levend worden verslonden door de grote draken met kannibale neigingen. Ze blijven dan in de boom zitten tot ze groot en sterk zijn. De draak van Comodo is sterker dan een krokodil en het mooiste dier ter wereld. Vind jij dan dat varkens mooi zijn?”
Neen. Maar ze zien er wel grappig uit. Eekhoorntjes ook en vandaag ben ik nogal gecharmeerd door het pygmee nijlpaard. Zo onnozel dat die zwemt.”
“Ja, dat wel. maar de draak van Comodo is sterker. Wat is volgens jouw het sterkste dier? Een panter of een draak van Comodo?”
“Een panter?”
“Misschien. Maar twee Comodo draken kunnen wel een panter opeten.”
Eindelijk kwam er klank uit het sproetenjong. Eindelijk. Wel duizend keer heeft hij gezegd: “Le dragon de Comodo est mon animal préférée.” Toen we naar de apen keken, of naar de zwarte panter, toen hij voor de olifanten stond zei hij alleen maar: wanneer gaan we de draak van Comodo zien? Hij liep al de hele dag met zijn hoofd naar de grond gericht. Niets kon hem boeien, alles vond hij even vervelend. De pizza was slecht, de papegaai lelijk en de dierentuin stom.
In een vlaag van menslievendheid had ik geproposeerd om te babysitten op een kind dat ik niet ken. Het achtjarige jongentje was helemaal alleen uit Frankrijk overgevlogen om zijn papa te bezoeken die hier van ’s morgens vroeg tot ’s morgens vroeg staat te zweten in een Franse keuken en tot zijn grote spijt weinig tijd heeft om zoonlief te entertainen. “Als je wil ga er wel eens mee naar de zoo of zo”, had ik in een bui van zinsverbijstering geopperd en de vader vond dat een welkom idee.
Toen ik het kereltje ophaalde hing er een grote donderwolk boven zijn sproetenhoofd. Hij zat in een hoekje van het lege restaurant, frunnikte ongeïnteresseerd aan zijn plastic soldaten en bekeek me met wantrouwige ogen. Toch ging hij zonder tegensputteren mee. Hij slofte achter me aan met zijn onderlip tot op de grond.
Hij had geen dorst. Hij wou niets eten. Hij at niets graag. Hij had ni frères, ni sœurs. Zijn nonkel was niet zijn nonkel maar zijn tonton, de tempel wou hij niet zien. En ik sprak slecht Frans. Dat vond hij vooral. “Ton accent est terrible”, had hij zonder verpinken in mijn smoel gegooid en het Chinese lief van zijn tonton sprak veel-veel-veel beter dan ik. Hij liep de hele tijd naar de straatstenen te kijken en vond het niet de moeite om zich te verwonderen over de Aziatische bedrijvigheid, hij liep door Little India alsof hij de weg naar school aflegde op een ochtend dat hij er geen zin in had. Ook het eerste uur in de zoo was een regelrechte ramp. Geen enkel beest was zijn aandacht waard, alleen dus die verdomde ‘Dragon de Comodo’. Toen we uiteindelijk oog in oog stonden met dat draakgeval heeft hij er vijf slecht gekadreerde foto’s van genomen en toen wou hij naar huis.
Hij nam m’n hand en vroeg waarom ik eigenlijk zelf geen kinderen heb.
Hij vond het dus maar zus en Zoo?
Was getekend
zelfs al waren we met een raket naar de maan gevlogen was zijn enthousiasme lauw geweest. maar hij heeft wel de hele dag zijn gameboy niet aangeraakt. en dat vond zijn vader toch wel miraculeus.
En ’s avonds met een lampje onder de lakens:
“Chère Kitty,
Aujourd’hui une dame très belle m’a amené au zoologique. D’abord, je ne voulais pas. Y aller avec elle, c’était comme trahir mon papa. Je le vois trop peu, mon papa. Mon papa travaille beaucoup.
Le zoologique m’a beaucoup plu, mais je n’ai pas voulu le montrer à la dame. Elle n’est pas mon papa. Elle m’a montré le dragon de comodo. Moi, j’adore le dragon de comodo. Le dragon de comodo est mon animal préféré. Il est plus fort que les autres animaux. Beaucoup. C’est l’animal le plus fort du monde.
La dame est très gentille. Je l’aime beaucoup. J’espère qu’elle se marie avec mon papa. Comme-ça on peut aller voir le dragon de comodo tous les jours.
Au revoir,
Le petit”